Maratona Dles Dolomites, juli 2010
Dinsdag 29 juni 2010 was het dan eindelijk zo ver. Na een voorseizoen van keihard trainen, voor de een wat harder dan voor de ander, en een goede generale met de Arie Tijm-trofee konden we eindelijk op weg naar Italië. De fietsen gingen met Bram en Joep mee. Bram, de houten vloeren tycoon, heeft namelijk een megabus. Martijn S kwam mij ’s morgens om half zes ophalen. Na Sjoerd en Joeri te hebben opgepikt reden we in zo’n 12 uur naar die fantastisch mooie Dolomieten.
’s Avonds daar aangekomen werden de plannen gesmeed voor de komende trainingsdagen. Dit jaar zouden we met 21 klimgeiten uit Warmenhuizen en Tuitjenhorn de uitdaging aangaan. Aangezien Bram en mijn persoontje de enige waren die de tocht 4 jaar terug ook hadden gereden, had ik voor de komende 2 dagen 2 rondjes uitgestippeld. Dat was ook niet heel moeilijk, tijdens de tocht rijd je namelijk een soort 8. Dus woensdag dacht ik aan de Sella-ronde +/- 60 km (het bovenste/eerste deel van de 8) en donderdag de andere helft met de Giau +/- 80 km.
Woensdagochtend 30-6-2010 was het dan zover. Na een goed ontbijt in ons hotel in Badia (wij sliepen met 16 man in een hotel in Badia en de 5 jongste klimgeiten van ons gezelschap sliepen 3 km hoger in La Villa) konden we de strijdpakken aantrekken om de bergen van de Dolomieten te testen. Bas mocht in de roze trui starten, want hij was de dag ervoor jarig geweest. Met 13 man (Wil, Patrick en Stefan moesten die dag nog aankomen en 5 (Marc, Rob, Ko, Dorus en Tim) trainen zelf) begonnen we aan de eerste klim: Passo Campolongo 5,8 km / 6,1 %. Direct zien we de verschillen: Martijn B, Jeroen en Sjoerd op de kop en de rest met tussenstukken volgend. Ach een mooie klim met zelfs nog een lekker recht stukje voor mij. Er waren er al die dachten dat deze klim het beeld vormde voor de rest van de tocht… helaas voor hen…. Na even lekker te dalen, op naar de volgende: Passo Pordoi 9,2 km / 6,9 %. Een mooie klim, maar zo’n eerste dag doet ie pijn. De eersten weer snel uit het zicht. Ik probeerde me voor in de middenmoot te vestigen. Dit lukte aardig, echter iedere bocht als ik mijn blik even naar beneden liet vallen zat daar die dekselse Jos, een groot loper, maar we zaten nu toch op de fiets….. Ik wilde toch echt wel voor hem boven komen en dat lukte. Naar later blijkt ook gelijk een van de laatste keren. Boven aangekomen zocht Jos even de anonimiteit om zijn maaginhoud er uit te gooien, kijk dan kan je diep gaan… Daar kan Martijn S nog een voorbeeld aan nemen. Op naar de derde klim: Passo Sella 5,5 km / 7,9 % Deze klim reed ik naar boven in gezelschap van Bas en Frank. Frank mijn nieuwe maat, die tot voor kort nog door het leven ging als Worsie, maar tegenwoordig beter Knakworsie genoemd kan worden. Boven aangekomen was het toch wel eens tijd voor een bord eten. Tijdens deze lunch dacht Bas dat dit toch wel de steilste klim is. Jammer Bas, morgen gaan we naar de Giau en wacht die maar eens af…. Na de lunch op naar de laatste klim Passo Gardena 5,8 km / 4,3 %. Aangezien ik hier al eens geweest was en ik deze berg dus kende (stuk klimmen, een vlak middenstuk en weer een stuk klimmen) had ik mij voorgenomen te proberen voorin te blijven. Dus vlak achter Jeroen, Martijn B en Sjoerd reed ik naar boven. Vlak onder de top van het eerste gedeelte klimmen, volle bak eroverheen en dan op het vlakke zo hard mogelijk doorrijden. Dit lukte, maar Jeroen en Martijn B kregen mij al snel weer te pakken en ik had het idee dat ze bij me bleven. Vlak onder top zit nog een heel klein vlak stukje en daar moest ik mijn slag slaan. Zo gedacht zo gedaan, een kleine versnelling en ik kwam als eerste boven. Boven wachtend zag ik de heren gebroederlijk aankomen rijden met een grote glimlach op het gelaat. Ja Ard, jij ben de laatste berg als eerste boven, dus jij rijdt morgen in het roze…. Nou ik kon praten als Brugman en boos worden wat ik wilde, het roze was dus voor mij. Op naar het hotel en daar stonden de wel verdiende koude rakkers. Met natuurlijk eine grosse voor Bas en mij of was het toch voor Boy en Bas?
Donderdag stonden we voor de volgende uitdaging met de door later menigeen vervloekte Giau. Met 16 man gingen we van start, Ard in het roze. De 3 nieuwkomers vonden ook al direct hun plek. Wil bij de eersten, Patrick redelijk voorin en Stefan nam de rode lantaarn over van Arnold. Eerst weer even de Passo Campolongo op en dan dalen. Een hele mooie afdaling met een werkelijk schitterende omgeving, links de berg en rechts kijk je in een prachtig dal. Na 15 km kom je bij een splitsing, die in de tocht de kanjers van de dolomietjes scheidt. Hier werd even gestopt. Gaat iedereen mee naar de Giau of zijn er al een paar angsthazen. Dit laatste bleek het geval Martijn S (mijn kamergenoot, die ik natuurlijk al dagen liep te vertellen over hoe verschrikkelijk die Giau wel niet is) en Bram. Zij gingen linksaf de Passo Falzarego op, met als reden we bewaren de Giau voor zondag tijdens de tocht. Helaas voor Bram was dit door 3 klapbanden tijdens de tocht voor hem niet het geval. Met 14 man daalden we verder naar de Giau. Voor de Giau zit nog een aardig stijl klimmetje (Belvedere Di Colle Santa Lucia (2,3 km / 7,5 %)). Daar aangekomen dachten de meesten al, dat ze zich op de Giau bevonden. Helaas pindakaas. Boven op dit klimmetje aangekomen even snel wat foto’s schieten van alweer een prachtig panorama. Ook werd er even bekeken of er nog wel voldoende water was voor het vervolg van deze tocht. Aangezien we 50 meter terug een restaurant waren gepasseerd, werd de sterkste onder ons, Stefan, gebombardeerd tot waterdrager en met een shirt vol bidons daalde hij af om 10 minuten later weer terug te keren met volle bidons. Daar gaan we dan weer, nog een lekker stuk dalen en dan naar links, de Giau op. Onderaan nog even een groepsfoto en dan klimmen. Maar wat gebeurt daar, iedereen vliegt omhoog en ik bevond mij als een na laatste net voor Stefan. Hadden ze dan nog niet begrepen, dat de Passo Giau 9,9 km is met een gemiddeld stijgingspercentage van 9,3 %. Voor mij zie ik Arnold rijden, dit was toch de man die gisteren de rode lantaarn droeg. Maar gelukkig bij het bordje van nog 7,5 km brak ie toch en kon ik hem passeren. Wie hadden we daar: Joeri en Boy. Na enig klimwerk was ik bij ze aanbeland en kon ik Boy passeren.Vervolgens bleef ie in mijn wiel plakken. Als een hijgend paard hoorde ik hem achter mij rijden. Daar, waar ik altijd probeerde mijn ademhaling zo rustig mogelijk te houden op de klim, werkt dit hijgen dus goed voor Boy. En even later ging Boy mij weer rustig voorbij. Potverdorie, Boy had zich na een goed voorseizoen vervolgens gewoon maandenlang niet meer te laten zien en nu zat ie weer voor me.. Ook Joeri bleef uit mijn greep. Wel kwamen er andere mannen in zicht en ongeveer halverwege de klim bij een verraderlijke lange en steile tunnel konden we Bas, en Joep passeren. En wie stonden daar stil, daar net na de tunnel bij een waterstraaltje, dat leken toch echt wel Patrick en Jos. Nog mooier, Frank ging er ook even bij staan. Dat waren er dus mooi 3 in 1 klap. Nu zaten nog steeds Joeri en Boy voor mij. Kijk de eerst volgende bocht zag ik deze strijders de buitenbocht nemen en wat doe je dan als fanatiekeling zijnde, precies, de binnenbocht…. De voorste vier kwamen natuurlijk niet meer inzicht en de laatste 1,5 km waren een martelgang, maar we waren boven! Jeroen was als eerste boven, dus hij mag morgen in het roze starten. Zo druppelden wij allen binnen en was het wachten en wachten en wachten op Stefan. Ook deze klimgeit kwam uit eindelijk moe maar voldaan boven en toen kon de afdaling worden ingezet. Dat dalen deed ik voornamelijk met Wil en ik moet zeggen dat ging vrij hard, ook al had Wil zijn geliefde beloofd het rustig aan te doen. Beneden, aan de voet van de Passo Falzarego 11,5 km / 5,8 %, wachtten we weer voor een hergroepering en begonnen we weer te klimmen. Eenieder op zijn vertrouwde stek. Na 2 km klimmen is er een heerlijk recht stuk van 2 km. Aangezien het klimmend niet lukte, gooide ik daar de grote plaat erop en probeer ze allemaal weer in te halen. Tot ik uiteindelijk weer bij de voorste zat en dat was Wil. Daar het direct weer pittig begon te klimmen werd ik al snel weer doodleuk voorbij gefietst. Martijn B, Jeroen, Sjoerd, Patrick en Jos kwamen mij om beurten passeren. Tot Frank, daar wist ik me bij te herpakken en samen fietsten wij omhoog. Achter mij zag ik Joep en Bas naderen. Joep (een allochtoon die nog beter knauwt dan menig Kalverdoiker) reed deze gehele week op havermout met sojamelk en Vitargo. Maar Frank en ik hadden ook Vitargo, dus we wisten hem voor te blijven. Voor ons voltrekt zich een ander klimspektakel. Daar reed Jos en met enige regelmaat zagen we Jos achterom kijken om vervolgens de gehele breedte van de weg even een paar keer op en neer te fietsen en vlak voor dat wij er aankwamen, ging ie er weer vandoor. Deze bijzondere manier van klimmen was om de benen even te ontspannen. Boven op de Falzarego was er weer een kleine hergroepering. Maar aangezien er een koude wind waaide, gingen we snel verder. Het mooie is namelijk, als je denk dat je boven bent op de Falzarego, is er nog een bocht naar rechts met een klein toetje toe Passo Valparola 1,2 km / 7,5 %. Daar aangekomen werd de afdaling weer ingezet naar alweer een welverdiende koude rakker.
Vrijdag de derde dag, de dag van Nederland – Brazilië, was de eensgezindheid ver te zoeken. Maar waar we het allemaal over eens waren, was het feit dat we om 3 uur in de kroeg wilden zitten, want om 4 uur begon de voetbal! Een enkeling ging helemaal niet fietsen (zere kont of nog kapot van 2 dagen klimmen) en de rest ging weer naar de top van de Campolongo (Jeroen dus in het roze). Daar werd besloten hoe nu verder. Het grootste deel van de groep besloot de Campolongo aan de andere kant af te dalen en om deze vervolgens weer te beklimmen en daarna weer af te dalen naar Badia. Met 4 metgezellen (Wil, Martijn B, Patrick en Joeri) ging ik het rondje van Bram en Martijn S doen, dus de tweede helft van de tocht minus de Giau. Eerst weer een lekker stuk dalen door dat veels te mooie dal en dan de andere kant van de Passo Falzarego 11,8 km 6,7 % op. In de eerste helft van deze klim probeerde ik mijn metgezellen te slopen met enkele splijtende demarrages, echter de enige die brak was Ard zelf. Een prima klim voor deze dag die verder in het teken stond van de voetbal en PILS. Zoals gezegd om 3 uur dus in de kroeg met 21 drinkerbroeders. Het was de stamkroeg van de 5 in La Villa en deze heren gingen, gaandeweg het alcohol percentage steeg, in hun verhalen al sneller de berg op. Nederland won, Bas, Bram, Patrick en Wil kwamen als laatsten het hotel binnenvallen. Maar meer ga ik hier niet over vertellen, het was tenslotte een FIETSvakantie.
Zaterdag de day before. Dit was een dag om te ontkateren, de fietsen op te knappen en ons in te schrijven. Verder heeft er niemand gefietst.
Zondag de dag waar het om ging. De wekker om half vijf. Vijf uur onbijt (pasta) en half zes richting de start. Even op Bram wachten want die haalde zijn fiets al met een lekke band uit de stalling. Half zeven was de start. Gespannen gezichten alom. Om kwart voor zeven reden wij zo’n beetje onder het startdoek door (de vijf en Jeroen om 7 uur). Campolongo ging lekker, in de afdaling haalde ik Bram in, waarbij ik nog geen tel later een enorme knal hoorde. Ik denk nog dat zal Bram toch niet zijn, maar helaas hij was het wel en naar verluidt niet de laatste keer ook. Toen de Pordoi, deze reed ik samen met Sjoerd en Frank omhoog. In de afdaling naar de Sella liet ik mij lekker naar beneden vallen, waardoor ik de Sella en Gardena zonder metgezellen maar tussen duizenden, voornamelijk Italianen, naar boven fietste. Bij deze Italianen klopt dus alles, he: gelikte fiets, tenue met bijpassende sokken en helm, alles klopt. Daar kunnen wij Hollanders nog wat van leren. Iedere keer als ik echter mijn blik in een bocht naar beneden liet vallen, zag ik dat Sjoerd niet ver zat en vlak onder de top van alweer de Campolongo zaten wij weer getweeën. Boven op de Campolongo +/- 60 km was een gelegenheid om de bidons te vullen en broodjes en sinaasappelschijven te eten. Even later arriveerde Frank daar ook, een klein beetje prikkelbaar, maar hij zat net als ons nog lekker op koers! Voordat Sjoerd en ik weer wilde vertrekken kwam daar ook nog Jeroen aangereden (een kwartier achter ons gestart). Dan weer lekker dalen en op naar de Giau. Sjoerd in de afdaling, na een ambulance te hebben ingehaald, achter me gelaten op naar het klimmetje voor de Giau. In deze klim was het, dat de vrouwen langs de kant van de weg wel heel enthousiast waren. In een split second dacht ik nog dat dit door mij kwam, maar helaas was het een andere geweldenaar: Mario Cipollini alias Mooie Mario die daar zijn ronde reed en die ik mocht passeren. Vervolgens de Giau en dan opeens uit het niets begin je de benen te voelen. In het begin werd ik nog even afgeleid door een leuke Hollandse dame die gezellig een gesprek aanging, om vervolgens lachend bij mij weg te fietsen. Kijk dan ga je de benen voelen. En als dan 1,5 kilometer onder de top Jeroen je voorbij speert als of je stil staat, dan ben je gebroken. Maar boven gekomen stond Jeroen nog even te wachten bij alweer een broodje, sinaasappelschijven en cola. Even later arriveerde ook Sjoerd en gedrieën begonnen we aan de afdaling. Nu was de spirit er niet meer om nog een groot gat te slaan in de afdaling, zodat ik de Falzarego zou overleven. In het begin van deze berg werd ik al snel weer gegrepen door eerst Jeroen en later Sjoerd. Boven op de Falzarego nog even een snelle ontmoeting met Stefan, die van de andere kant kwam. Dan nog 1,2 km Valparola, wat zeker geen pretje is! Dan dalen naar la Villa en nog licht bergop naar de finish in Corvara. De uitslag staat hieronder en wij hebben nog nagenoten onder het genot van een goed koud glas bier.
Groet, Ard Kuys
138 km | Pronk Wil | 1975 | 6:20.26,4 |
138 km | Hoogeboom Jos | 1969 | 6:57.03,4 |
138 km | Entes Jeroen | 1975 | 7:04.11,5 |
138 km | Borst Martijn | 1977 | 7:06.31,5 |
138 km | Blankendaal Sjoerd | 1981 | 7:16.57,6 |
138 km | Kuys Ard | 1971 | 7:26.34,5 |
138 km | Mak Rob | 1985 | 7:50.31,0 |
138 km | Droog Dorus | 1984 | 7:50.31,3 |
138 km | van Baar Ko | 1985 | 7:50.31,4 |
138 km | Hof Frank | 1977 | 7:57.30,6 |
138 km | Cipollini Mario | 1967 | 8:05.15,7 |
138 km | Ruiter Patrick | 1983 | 8:22.33,3 |
138 km | Pronk Bas | 1971 | 8:31.47,1 |
138 km | Schilder Boy | 1978 | 8:32.04,4 |
138 km | Blom Arnold | 1976 | 8:33.17,0 |
138 km | Popadic Joep | 1971 | 8:37.34,6 |
138 km | Zoon Joeri | 1980 | 8:38.19,3 |
138 km | Schipper Martijn | 1970 | 8:38.22,2 |
138 km | Groenveld Tim | 1986 | 8:47.39,0 |
138 km | Metters Marc | 1985 | 9:07.01,9 |
106 km | Suiker Bram | 1977 | 6:38.35,4 |
106 km | Boerman Stefan | 1984 | 7:40.34,6 |